“Ikiru,” een filmklassieker uit 1952 van de gerenommeerde Japanse regisseur Akira Kurosawa, blijft een diepgaand werk dat de menselijke conditie verkent door een filosofische lens. De film vertelt het verhaal van Kanji Watanabe, een eenvoudige ambtenaar die plotseling geconfronteerd wordt met zijn sterfelijkheid nadat hij te horen krijgt dat hij aan terminale maagkanker lijdt. Deze dramatische wending in zijn leven dwingt Watanabe om na te denken over de betekenis van zijn bestaan, wat leidt tot een filosofische reis die de kern vormt van deze film. In dit artikel zullen we de filosofische thema’s in “Ikiru” onderzoeken, met een focus op existentialisme, het zoeken naar betekenis, en de notie van een “goede dood.”
Inhoudsopgave
Existentialisme in “Ikiru”
Een van de meest prominente filosofische stromingen die in “Ikiru” wordt verkend, is het existentialisme. Deze filosofie, bekend door denkers zoals Jean-Paul Sartre en Martin Heidegger, benadrukt de individuele ervaring, subjectiviteit en de noodzaak van persoonlijke verantwoordelijkheid. Watanabe’s ontdekking dat hij nog maar kort te leven heeft, plaatst hem direct in een existentialistische crisis. Zijn leven, dat hij tot dan toe gedachteloos heeft geleefd, komt onder de loep te liggen. Het existentialisme roept op tot een authentieke levenshouding, waarbij men de verantwoordelijkheid neemt voor zijn keuzes en het leven leeft met een bewustzijn van de onvermijdelijkheid van de dood.
In “Ikiru” wordt Watanabe geconfronteerd met de fundamentele vragen van het bestaan: Wat is de zin van mijn leven? Hoe kan ik mijn resterende tijd betekenisvol maken? Deze vragen zijn de kern van de existentialistische filosofie, die stelt dat de mens gedoemd is tot vrijheid en dat hij zelf betekenis moet geven aan zijn leven, ondanks de afwezigheid van een aangeboren doel.
Het zoeken naar betekenis in “Ikiru”
Het thema van het zoeken naar betekenis is diep verweven in het verhaal van “Ikiru”. Na jarenlang in een monotone bureaucratische functie te hebben gewerkt, realiseert Watanabe zich dat hij zijn leven grotendeels heeft verspild aan triviale zaken. Deze realisatie wordt versterkt door de diagnose die hem confronteert met zijn sterfelijkheid. Het verlies van de illusie van tijd dwingt Watanabe om te reflecteren op zijn leven en wat hij heeft bereikt.
Dit deel van de film weerspiegelt de existentialistische opvatting dat betekenis niet vooraf gegeven is, maar moet worden gecreëerd door de individu zelf. Watanabe’s zoektocht naar betekenis wordt een urgent project naarmate hij probeert iets achter te laten dat ertoe doet. Zijn beslissing om een kinderspeeltuin te bouwen in een achtergestelde wijk is niet zomaar een daad van bureaucratische plicht, maar een bewuste poging om iets waardevols te creëren dat na zijn dood blijft bestaan.
Het bouwen van de speeltuin symboliseert Watanabe’s verlangen om een positieve impact te hebben op de wereld, een impact die zijn eerdere leven ontbeerde. Dit is een krachtig voorbeeld van hoe een gevoel van betekenis kan worden gevonden in het streven naar iets dat groter is dan het individu zelf, een idee dat sterk resoneert met existentialistische en humanistische filosofieën.
De notie van de “goede dood” in “Ikiru”
Een ander filosofisch thema dat in “Ikiru” naar voren komt, is het concept van de “goede dood” of “euthanatos,” zoals dat in de Griekse filosofie bekend staat. In de klassieke tradities van de oude Grieken, vooral bij filosofen als Plato en Aristoteles, wordt de “goede dood” gezien als een dood die op een wijze, moedige en moreel bevredigende manier wordt benaderd.
Watanabe’s reis in “Ikiru” kan worden gezien als een zoektocht naar een manier om zijn leven af te sluiten die betekenisvol en waardig is. In plaats van een passieve rol te accepteren in zijn eigen dood, kiest hij ervoor om zijn laatste dagen te vullen met acties die zijn leven transformeren van een betekenisloze routine naar een verhaal van persoonlijke verlossing en nalatenschap. Dit is de essentie van wat een “goede dood” betekent: sterven met het gevoel dat men iets bereikt heeft dat waardevol is en dat voortleeft, zelfs na het einde van het eigen leven.
In “Ikiru” wordt dit idee op subtiele maar krachtige wijze geïllustreerd. Watanabe zingt het lied “Gondola no Uta,” dat gaat over de vluchtigheid van het leven en de noodzaak om te genieten van de momenten die we hebben, terwijl hij op een schommel zit in de speeltuin die hij heeft helpen realiseren. Dit moment vangt de essentie van de “goede dood” zoals die door Watanabe wordt ervaren – een dood die niet wordt bepaald door angst of wanhoop, maar door de tevredenheid van een leven dat, hoewel laat, eindelijk werd vervuld.
De morele transformatie van Kanji Watanabe
Naast de thema’s van existentialisme en het zoeken naar betekenis, biedt “Ikiru” ook een diepgaand inzicht in de morele transformatie van de hoofdpersoon, Kanji Watanabe. Aan het begin van de film zien we Watanabe als een man die gevangen zit in de mechanische routine van zijn werk als bureaucratische ambtenaar. Hij leidt een leven zonder vreugde of voldoening, waarin hij simpelweg taken uitvoert zonder enige persoonlijke betrokkenheid. Deze levensstijl, die hij jaren volgde zonder het in twijfel te trekken, symboliseert de vervreemding van het zelf, een concept dat veelvuldig wordt besproken in de existentialistische filosofie.
De diagnose van terminale maagkanker fungeert als een katalysator voor Watanabe’s morele ontwaken. Het is alsof hij uit een lange slaap ontwaakt, zich plotseling bewust van zijn sterfelijkheid en het zinloze karakter van zijn leven tot dat moment. Dit besef dwingt hem om na te denken over zijn ethische verplichtingen, niet alleen tegenover zichzelf maar ook tegenover de maatschappij.
De morele transformatie van Watanabe is niet enkel een kwestie van introspectie; het manifesteert zich ook in zijn daden. Hij besluit om zijn resterende tijd te besteden aan het realiseren van een project dat anderen ten goede komt, namelijk de speeltuin voor kinderen in een vervallen buurt. Deze daad van altruïsme is een reflectie van Watanabe’s hernieuwde gevoel van morele verantwoordelijkheid. Hij begrijpt dat het niet genoeg is om passief door het leven te gaan; men moet actief bijdragen aan het welzijn van anderen om echt te kunnen leven.
De morele reis van Watanabe kan worden gezien als een voorbeeld van wat de existentialistische filosoof Albert Camus beschreef als het vinden van waarde in het absurde. Hoewel het leven zelf geen inherent doel of betekenis heeft, kan de mens toch waarde en betekenis creëren door zijn handelingen en keuzes. Watanabe’s keuze om iets positiefs en blijvends te doen met zijn laatste dagen is een krachtige illustratie van dit idee.
De impact van “Ikiru” op de filmwereld en filosofie
“Ikiru” heeft niet alleen een blijvende indruk achtergelaten op zijn publiek, maar ook op de bredere film- en filosofiewereld. Kurosawa’s meesterwerk wordt vaak geprezen om zijn diepgaande menselijke inzicht en zijn vermogen om complexe filosofische ideeën toegankelijk te maken voor een breed publiek. De film wordt beschouwd als een van de belangrijkste werken in de geschiedenis van de cinema, juist vanwege de manier waarop het universele thema’s zoals de dood, de zin van het leven en morele verantwoordelijkheid behandelt.
Filosofen en filmcritici hebben “Ikiru” vaak genoemd als een baanbrekend werk dat de grens tussen filmkunst en filosofie vervaagt. De film toont aan hoe cinema kan dienen als een medium voor filosofische exploratie, waarbij abstracte ideeën worden omgezet in krachtige verhalen die het publiek diepgaand kunnen beïnvloeden. De manier waarop Kurosawa deze thema’s visueel en narratief heeft vormgegeven, blijft een inspiratiebron voor zowel filmmakers als filosofen.
“Ikiru” herinnert ons eraan dat filosofie niet alleen iets is voor academische discussies of abstracte teksten. Het is iets dat in het dagelijks leven, in onze keuzes en in de manier waarop we onze tijd op aarde doorbrengen, vorm krijgt. Deze boodschap maakt de film niet alleen relevant voor cinefielen en filosofen, maar voor iedereen die op zoek is naar betekenis in het leven.
Conclusie: de tijdloze relevantie van “Ikiru”
“Ikiru” blijft een monumentaal werk in zowel de film- als filosofiewereld, niet alleen vanwege zijn cinematografische kwaliteit, maar vooral door de diepgaande filosofische thema’s die het verkent. De film biedt een krachtige reflectie op de menselijke conditie, waarbij het existentialisme, het zoeken naar betekenis, de notie van de “goede dood,” en morele transformatie centraal staan. Door het verhaal van Kanji Watanabe worden kijkers geconfronteerd met de onvermijdelijkheid van de dood en de noodzaak om hun eigen leven betekenisvol te maken.
De filosofische boodschap van “Ikiru” is universeel en tijdloos. Het daagt ons uit om na te denken over hoe wij ons leven leiden, hoe wij betekenis vinden in een wereld die soms absurd lijkt, en hoe wij onze verantwoordelijkheden tegenover onszelf en anderen definiëren. De film benadrukt dat het creëren van betekenis in het leven geen kwestie is van grootse daden of heroïsche prestaties, maar van de dagelijkse keuzes die we maken en de manier waarop we anderen beïnvloeden.
De blijvende relevantie van “Ikiru” ligt in zijn vermogen om deze fundamentele filosofische vragen op een manier te presenteren die voor iedereen begrijpelijk is. Het verhaal van Watanabe is niet alleen dat van een man die worstelt met zijn eigen sterfelijkheid, maar ook een spiegel die ons dwingt na te denken over onze eigen sterfelijkheid en de betekenis van ons eigen leven. In die zin blijft “Ikiru” een krachtig instrument voor filosofische reflectie en persoonlijke groei.
Bronnen en meer informatie
- Sartre, Jean-Paul. Existentialisme is een humanisme. Parijs: Éditions Nagel, 1946.
- Frankl, Viktor E. Man’s Search for Meaning. Boston: Beacon Press, 1946.
- Plato. Phaedo. In Plato: Complete Works, edited by John M. Cooper. Indianapolis: Hackett Publishing Company, 360 BCE/1997.
- Kurosawa, Akira, director. Ikiru. Toho, 1952.
- Camus, Albert. The Myth of Sisyphus. Parijs: Gallimard, 1942.